Hoe ontstaat uitscheuren tijdens de bevalling?
Je kunt uitscheuren tijdens de bevalling doordat er scheurtjes ontstaan in de spieren en de huid van je bekkenbodem. Een vrouw merkt meestal niet dat er een scheurtje ontstaat. Door de spanning die aan het eind van het persen op de vagina staat, wordt het perineum (stukje tussen vagina en anus) gevoelloos. Het scheurtje ontstaat waar de minste spieren zitten: in het stukje tussen vagina en anus; daar waar de bekkenbodemspieren samenkomen. Vaak is dat vanuit de vagina een klein stukje richting anus. Deze inscheuring is oppervlakkig. Soms ontstaan ook barstjes in de schaamlippen. Zo’n scheur wordt ook wel een ruptuur genoemd. In een aantal gevallen is er een grotere kans op uitscheuren:
- Bij een grote baby;
- Als het babyhoofdje in een iets afwijkende ligging in het baringskanaal ligt;
- Als de bevalling erg snel verloopt, waardoor de huid minder kans krijgt om op te rekken;
- Als de vacuümpomp wordt gebruikt, wordt bijna altijd een knip gezet.
Lees ook:
StuitliggingIngrepen tijdens het persen
Soms duurt de bevalling net iets te lang, of is het hoofdje al even zichtbaar en duurt het wat langer voordat het geboren wordt. De conditie van de baby wordt hierbij in de gaten gehouden. Als er een kleine kans bestaat dat de baby het moeilijk gaat krijgen, dan wordt er geholpen. Dit kan door een knip te zetten of de kunstverlossing (vacuümpomp) te gebruiken.
Soorten rupturen
Perineumruptuur
De meest voorkomende ruptuur is de perineumruptuur. Hierbij scheurt het gebied tussen de vagina en de anus. Deze ruptuur kan voorkomen in verschillende gradaties:
-
Eerstegraads ruptuur: alleen de huid en het slijmvlies van het perineum scheuren in. Dit voel je amper tijdens het persen en er is weinig bloedverlies. Alleen wanneer het bloeden niet stopt wordt de ruptuur gehecht te worden. Gemiddeld één derde van de vrouwen heeft een eerstegraads ruptuur.
-
Tweedegraads ruptuur: de huid van het perineum en de bekkenbodemspieren zijn gescheurd. Zowel inwendig als uitwendig wordt gehecht. Dit komt ongeveer bij een tiende van de vrouwen met een tweedegraads ruptuur.
-
Totaalruptuur (derdegraads ruptuur): het perineum, de bekkenbodemspieren en de kringspier van de anus zijn een beetje of helemaal ingescheurd. Je hebt twee varianten: • Subtotaalruptuur: de kringspier van de anus is gedeeltelijk gescheurd. • Totaalruptuur: de sluitspier is in zijn geheel gescheurd.
In beide gevallen is hechten nodig. Soms gebeurt dit op de verloskamer, maar vaker gebeurt dit onder volledige narcose in de operatiekamer. In de meeste gevallen geneest de ruptuur volledig waarna vrouwen gewoon weer vaginaal kunnen bevallen. Volledige genezing duurt vier tot zes weken, maar kan oplopen tot een half jaar. Derdegraads ruptuur komt voor bij zo’n twee op de 100 vrouwen.
De labiaruptuur
Labia is het medische woord voor schaamlippen. Bij deze ruptuur worden de kleine schaamlippen bedoeld. Bij een labiumruptuur is een van twee kleine schaamlippen in tweeën gekliefd. Hechten hangt af van de grootte van het scheurtje. Er wordt altijd gehecht met verdoving. Soms wordt gekozen worden voor een vet gaasje tussen de kleine schaamlippen. Deze ruptuur geneest snel binnen drie tot vier dagen.
Lees ook:
StrippenDe vaginawandruptuur
Een stukje aan de binnenkant van de vagina scheurt. Het is afhankelijk van de gradatie en het bloedverlies of de vaginawandruptuur gehecht moet worden.
De clitorisruptuur
Dit is een pijnlijke manier van uitscheuren die weinig voorkomt. Bij deze ruptuur kan ook de urinebuis scheuren. Clitorisruptuur moet altijd gehecht worden, wat flink pijn kan doen.
De knip
Een knip wordt gezet vanuit de vagina schuin naar beneden. Dus nooit richting de anus. Het heeft een veel onnatuurlijker verloop dan een natuurlijke scheur. Een knip heelt daardoor minder mooi. Er kan ook zwelling optreden. Het geneest meestal binnen zes weken.
Een knip wordt enkel gezet in geval van foetale nood, bij een vacuümverlossing en als de opening niet voldoende kan oprekken om de baby er doorheen te laten. De voorkeur gaat uit naar het perineum om natuurlijke wijze te laten scheuren. De bekkenbodemspieren blijven dan heel en de genezing verloopt sneller. Een knip is gelukkig niet vaak nodig.
Lees ook:
Alles over weeënUitscheuren of een knip voorkomen
Het is helaas niet helemaal te voorkomen. Wel zijn er een aantal factoren die de kans op uitscheuren verminderen. Het helpt als het weefsel de tijd krijgt om op te rekken. Vandaar dat de verloskundige of gynaecoloog op een bepaald moment vragen om te zuchten en puffen in plaats van te persen tijdens een wee. Ook kan een warm washandje op het perineum helpen de druk te verzachten, waardoor het zuchten makkelijker wordt. Ook kan de bevalhouding een rol spelen bij de druk op het perineum.
Bij al een keer flink ingescheurd zijn, kan het helpen de volgende keer in een andere houding te bevallen. Bijvoorbeeld in knie-ellebooghouding. In deze houding helpt de zwaartekracht het laatste stukje wat geleidelijker te laten verlopen.
Voorbereiding op de bevalling
De elasticiteit van je huid speelt een belangrijke rol bij het wel of niet uitscheuren of inknippen. Hoe elastischer je huid is, hoe meer je huid meebeweegt. En hoe groter de kans is dat je inknippen tijdens de bevalling voorkomt. Wil je de kans op uitscheuren of inknippen tijdens de bevalling verminderen? Een perineum massage met Perineum Massageolie kan helpen. Start vanaf zwangerschapsweek 34 met de massage en herhaal dit 3 tot 4 keer per week.
Perineum Massageolie van Weleda is 100% natuurlijk en speciaal ontwikkeld om veilig in dit gebied te gebruiken. Amandelolie voedt de huid van het perineum en zorgt dat deze soepel en minder kwetsbaar wordt. Lees hier hoe je een perineummassage geeft.
Tijdens de bevalling
Het helpt als het weefsel de tijd krijgt om op te rekken. Het kan daarom voorkomen dat de verloskundige of gynaecoloog vraagt om een wee weg te zuchten of te puffen, in plaats van te persen. Een warme washand op het perineum helpt de druk te verzachten, waardoor het zuchten makkelijker wordt. Ook kan de bevalhouding een rol spelen bij de druk op het perineum.
Ben je bij een eerdere bevalling ingescheurd? Dan kan het helpen een volgende keer in een andere houding te bevallen. Bijvoorbeeld in knie-ellebooghouding. In deze houding helpt de zwaartekracht het laatste stukje wat geleidelijker te laten verlopen.
Na de bevalling
-
Plassen: plassen na een bevalling kan behoorlijk branden, vooral in de kleine scheurtjes die zijn ontstaan in de huid náást een mogelijke ruptuur. Het helpt om te spoelen met lauwwarm water uit een beker of bidon na elke plasbeurt. Na drie dagen is het branderige gevoel weg. Het helpt om regelmatig kraamverband te verschonen en ook genezen rupturen beter door de onderkant te laten luchten door een paar uur per dag enkel op een celstofmatje te gaan liggen in bed.
-
Poepen: poepen kan, hechtingen springen niet los. Persen bij ontlasting kan onprettig zijn. Daarom is het belangrijk voldoende te drinken en vezelrijk te eten, zodat de ontlasting zacht blijft en om zo obstipatie en aambeien te voorkomen.
-
Vrijen: seks kan de eerste keer na een bevalling spannend zijn. Het moment waarop je er klaar voor bent, is voor iedereen anders. Het advies is om na de bevalling minimaal zes weken te wachten, zodat de rupturen genezen zijn en het bloedverlies is gestopt. De vagina kan droger zijn door de borstvoeding. Gebruik een glijmiddel. Neem de tijd, want eventueel littekenweefsel kan stug zijn in het begin. Het zal steeds soepeler worden, maar dat kan even duren.
-
Vaginale windjes: doordat de bekkenbodem na de bevalling in het begin minder stevig is, kan het gebeuren dat er lucht via de vagina ontsnapt. Dit is normaal en zal naarmate de bekkenbodem weer stevig wordt (bekkenbodemspieroefeningen*) minder worden en overgaan.
-
Lekkende borsten: kan gebeuren tijdens het vrijen. Dit is normaal en humor om de lichamelijke ongemakken kan erg helpen.
Lees ook:
KraamtijdBekkenbodemspieroefening
“De Lift” Stel je bekkenbodem voor als een lift. Op de begane grond is je bekkenbodem helemaal ontspannen. Je gaat in fases naar de derde etage.
- Ga naar de 1e etage: span de bekkenbodemspier een beetje aan (trek je poepgaatje naar binnen, alsof je een windje tegen houdt).
- Ga naar de 2e etage: span je bekkenbodemspier nog meer aan: je bent bijna boven.
- Ga naar de 3e etage: trek je bekkenbodem maximaal aan. De lift kan niet hoger.
- Ga weer naar de tweede etage: ontspan je bekkenbodem iets.
- Ga weer naar de eerste etage: je bent bijna beneden.
- Ga weer naar de begane grond: ontspan je bekkenbodem (laat je poepgaatje los).
Oefen dagelijks. Herhaal de oefening drie keer. Het is een investering in de toekomst. 40% van de vrouwen in Nederland raakt incontinent na de overgang waarbij zwangerschap en/of een bevalling de kans verhoogt op incontinentie. Doe het aanspannen en loslaten in fases, dan leer je goed spanning en ontspanning herkennen. Een overspannen bekkenbodem is namelijk ook niet goed: daar kan je weer obstipatie van krijgen.
Dit artikel is geschreven in samenwerking met Weleda